De Sociaal-Economische Raad (SER) heeft mantelzorg binnen de eigen organisatie op de agenda gezet. Wanneer het onderwerp speelt, wordt het besproken tijdens het werkoverleg. Naaste medewerkers zijn hierdoor op de hoogte van de situatie van een mantelzorger. En dat kweekt begrip, aldus Henk Zwaanswijk, hoofd Personeel en Organisatie bij de SER.
Beleid op maat
In 2009 schreef Henk Zwaanswijk een beleidsnotitie over werk en mantelzorg binnen de SER. Daarin staat de maatoplossing voor mantelzorgers centraal. “Bij mantelzorg is immers iedere situatie weer anders. Daarom is het niet geschikt voor een algemene regeling waar alle medewerkers zich op kunnen beroepen, zoals bijvoorbeeld een vakantieregeling.” Naar aanleiding van de beleidsnotitie is mantelzorg een vast agendapunt geworden bij de SER. Natuurlijk kan elke medewerker het onderwerp aankaarten bij zijn leidinggevende, als de situatie daarom vraagt. Bijzonder is dat het thema ook besproken wordt tijdens het werkoverleg tussen leidinggevenden en hun teams.
Geen geheimen…
Volgens Zwaanswijk werken maatoplossingen alléén als ze gedragen worden door collega’s. “Onwetendheid leidt tot onbegrip. Als je afspraken beperkt tot een-tweetjes tussen leidinggevende en medewerker, leidt dat onherroepelijk tot irritaties bij collega’s”, legt hij uit. “Door hen deelgenoot te maken van de problematiek waarmee de mantelzorger kampt, creëer je draagvlak. Ook doordat collega’s zich realiseren dat zij ook ooit voor dergelijke problemen kunnen komen te staan.”
Ook de mantelzorgers zelf vinden het prettig dat naaste collega’s op de hoogte zijn. “Ze hoeven zich niet meer schuldig te voelen tegenover andere medewerkers. Dat schuldgevoel leidde er namelijk nog wel eens toe dat men zich in alle bochten ging wringen om werk en mantelzorg te combineren. Dit met alle gevolgen van dien, zoals overbelasting.”
Maatoplossing
De openheid binnen de SER maakt dat medewerkers minder moeite hebben hun problemen aan te kaarten. Samen met hun leidinggevende zoeken ze naar een maatoplossing. Daar zijn beiden bij gebaat. “De werknemer heeft ruimte voor zijn mantelzorgtaken, de leidinggevende kan op zijn medewerker blijven rekenen”, aldus Zwaanswijk.
Vaak zijn eenvoudige maatregelen afdoende om de mantelzorger te ontlasten. “Bijvoorbeeld door werkuren of -tijden aan te passen, al dan niet tijdelijk. Omdat veel van onze medewerkers kunnen inloggen vanaf een andere locatie, zijn bij de SER vrij gemakkelijk afspraken te maken over thuiswerken. Meestal heeft de mantelzorger zelf wel ideeën over hoe hij werk en zorg het beste kan combineren.”
De aanpak heeft effect gesorteerd, constateert Zwaanswijk. “Medewerkers vinden het prettig dat het onderwerp op de agenda is gezet en dat het zonder schroom besproken kan worden, als de persoonlijke situatie hierom vraagt. Die open cultuur, dat is belangrijk.”